4. Het Vrouwenkomitee

 

In Amada werd ook aandacht besteed aan de vrouwen van de arbeiders. Die vrouwen werden verenigd in het Vrouwenkomitee (VK), waarvan we hieronder eerst het ontstaan en de leden bekijken. Vervolgens zien we hoe het VK onder de vleugels van Amada terecht komt, welke acties ze deed en hoe er op een bepaald moment veranderingen optraden in de vereniging. Besluiten doen we met een evaluatie van het VK in de vrouwenbeweging.

 

Ontstaan van het VK

 

De oorsprong van het Vrouwenkomitee lag in de grote dokstaking van 1973 in de Antwerpse haven. Op 9 mei werd aan “Het Kot”, het stakingslokaal van de KPB, een oproep gedaan door het stakerscomité van de dokwerkers aan de dokkersvrouwen, om mee op te stappen op 10 mei in een betoging tegen het wetvoorstel 430 (Cf. supra: hoofdstuk 1 paragraaf 8 over de dokstaking) en mee naar de Paardenmarkt te trekken om daar het stakersgeld op te halen in het bondsgebouw BTB. Die oproep was een antwoord van de vrouwen op een samenscholings- en stakingsverbod voor de dokwerkers. De mannen die in de dokken werkten mochten niet meer staken binnen het gebied van de dokken, over de vrouwen werd echter niets gezegd en dus besloten zij zelf in beweging te komen.[1] Voor de betoging daagden een zestigtal vrouwen op die, zo stelt het document met enige trots, “zelfs de kop van de stoet uitmaakten”.[2] De dokkersvrouwen liepen mee vanuit de overtuiging dat de strijd van de mannen ook hun strijd was. Zij waren volgens Doumen radicaler omdat ze zich niets aantrokken van de politiek of vakbonden.[3] Tijdens de betoging kregen de vrouwen, zo bleek uit andere bronnen, het hard te verduren van de politie. Zo ontstond bij die vrouwen de wil om zich beter te organiseren en zich beter te verdedigen tegen de brutaliteiten van de ordehandhavers. Het VK werd hieruit geboren.[4] Diezelfde avond werd door de vrouwen van het VK het eerste pamflet met eisen gedrukt in het lokaal van de KP, de plaats waar ook het stakerscomité samenkwam.[5]    

 

Leden van het VK

 

Het VK bestond niet alleen uit de dokwerkersvrouwen, ook de fabrieksarbeidsters werden aangesproken om deel te nemen.[6] Daarnaast, ondanks de beklemtoning van de gelijkheid van man en vrouw, wilde het VK zich wapenen tegen het burgerlijke feminisme dat aanwezig was in de maatschappij. Dit “bedrieglijke” feminisme stelde dat de vrouwen, zowel de arbeidersvrouwen als burgerlijke, zich als één blok moesten verzetten tegen de mannen, die als schuldigen werden aangeduid van de problemen in de maatschappij. Het VK benadrukte echter de eenheid van de arbeidersmannen en –vrouwen. Denken volgens het feminisme zou immers leiden tot een persistentie van de huidige situatie en een onechte vrijheid voor de arbeidersvrouw. Mannen en vrouwen moesten samen één strijd voeren tegen het kapitalisme. Daarenboven konden de arbeidersvrouwen nooit een blok vormen met de burgervrouwen, deze laatste groep hielp immers in de onderdrukking van de arbeidersklasse.[7] Een burgervrouw had ook veel minder te lijden onder de uitbuiting van de maatschappij dan een werkende vrouw. Een burgervrouw moest niet bang zijn om haar werk te verliezen, had alle financiële middelen om zichzelf en de kinderen goed te laten verzorgen, kon een goede advocaat betalen als er problemen waren, enz. De belangstelling van het VK ging dus vooral uit naar “de vrouwen uit de werkende klasse en degenen die werken op een bureel, in een fabriek of als kleine zelfstandige”.[8]

In de strijd tegen een burgerlijk feminisme verzette het VK zich ook tegen de RAL. Volgens het VK was de RAL een voorstander van dat burgerlijke feminisme waarin de vrouw moest strijden tegen de man die haar onderdrukte. Op die manier was het denken van de RAL voor het VK “contrarevolutionair” - de socialistische revolutie zou volgens de RAL de vrouw niet bevrijden en dus zou de vrouw een eigen revolutie moeten voeren - en gaf het zich alleen een linkse schijn door woorden te gebruiken als ‘klassenstrijd’, ‘socialistische revolutie’ en antikapitalistisch front’. Volgens een verslag van het VK over de Vrouwendag in Ieper in 1977 toonde het optreden van de RAL duidelijk de tegenstelling tussen de standpunten van de RAL en het VK. De RAL bracht alleen de interesses en problemen van de kleinburgerlijke vrouw onder de aandacht, wat leidde tot een kloof met de proletarische arbeidersvrouwen en een verwijdering van de klassenstrijd. Volgens het VK zorgde heel deze antimarxistische theorie binnen de RAL voor scheuring tussen mannen en vrouwen.[9]  Ook had de negatieve houding ten overstaan van de RAL voor een stuk te maken met pogingen van de RAL om bij het VK op soms vreemde manieren de meest actieve vrouwen weg te halen. Zo vertelde Doumen dat RAL-jongens hun (schijnheilige?) liefde verklaarden aan meisjes van het VK, hen in het bed probeerde te verleiden en dan lid te maken van de RAL.[10]

 

Onder de vleugels van Amada

 

Door gebrek aan steun van overheidswege bewoog het VK zich in de dokstaking van 1973 in de richting van Amada. Deze koppeling kwam er volgens de vrouwen ook omwille van de noodzaak van een juiste leiding en de “juiste voorbereiding op de komende gevechten en de definitieve overwinning”.[11] In de betoging werd voor de vrouwen immers, zo stelde het VK, een aantal dingen duidelijk. In de eerste plaats vond men dat men nu duidelijk zag hoe de vork werkelijk in de steel zat in de betoging, hoe de politie met geweld de betogers onderdrukten en hoe de socialisten ondertussen niks deden.[12] Ook meenden de vrouwen door een communistische bril nu te zien dat de staat, politie, vakbonden en de valse KP tegen de arbeider waren en hoe die arbeiders zich vastberaden verzetten. Eveneens werd duidelijk dat het nodig was soms geweld te gebruiken, “alleen door een gewapende volksopstand zullen wij onze uitbuiters verjagen”, stelde het jonge VK.[13] Ook door Amada werd het politiegeweld geduid als openlijk terreur van politie- en rijkswachttroepen in opdracht van het kapitaal om zo de arbeider te onderdrukken. “Al deze communistiche ideeën speelden in het hoofd van de dokwerkersvrouwen toen zij opgewonden tot alle voorbijgangers zegden: de Gestapo’s hebben nu ook al op vrouwen en kinderen geslagen”. Maar voor Amada hadden de vrouwen zich gedragen als voorbeelden van strijd en volharding, zeker in het verdere verloop van de staking.[14]

Amada was voor het VK de enige beweging die de vrouwen steunde, “de valse KP zat achteraan in de betoging of op het St-Jansplein te koekeloeren”.[15] Ook Amada stelde dit: “Vele dokwerkersvrouwen hebben uit eigen ervaring geleerd dat deze ordewoorden van Alle Macht Aan De Arbeiders juist zijn en de belangen van de arbeidersklasse uitdrukken”.[16] Het VK stelde dat ze pas een ware voorhoedestrijd voor het socialisme kon ontwikkelen en pas echt kon komen tot de emancipatie van de vrouw, wanneer men aansloot bij Amada en zich eronder organiseerden. Vrouwen waren een prooi voor het kapitalisme als ze zich niet organiseerden onder leiding van de Partij, huisvrouwen kenden immers niet de arbeiderskracht en het arbeidersbewustzijn, ze waren voor het kapitalisme een arbeidsreserve en kregen het egoïsme binnengelepeld. De vrouwen waren in de grote meerderheid van de gevallen de vrouw aan de haard die het monotone huiswerk moest opknappen.[17] Door het kapitalisme werd de vrouw dus onderdrukt. In een tweede plaats had de vrouw ook af te rekenen met onderdrukking vanwege de rechtspraak, bijvoorbeeld door de toepassing van de abortuswet.[18] Maar heel wat vrouwen hadden zich tegen die onderdrukking geweerd door zelf te gaan werken en zowel binnen- als buitenshuis meer zelfstandigheid en gelijkheid te verwerven. Desondanks werd volgens het VK de vrouw nog steeds getroffen door “economische, politieke en wettelijke ongelijkheid en door vernederende opvattingen over de vrouw”, verspreid via de verschillende burgerlijke media.[19]

In ruil voor haar verbinding met de partij vroeg het VK van Amada een communistische opvoeding. Men voelde immers de noodzaak om gesterkt te worden, wilde men naar de toekomst toe de revolutionaire strijd blijven voeren. Door het optreden in de dokstaking en de eruit voortkomende vereniging, bleek omkadering nodig te zijn voor de dingen die men zag en hoorde rondom zich. Een voorbeeld van die communistische opvoeding was de vertoning van de film “De moeder van Gorki” na de betoging in de dokken. Op basis van die film werden volgens het VK lessen getrokken uit de betoging.[20] De film werd eerst door een werkgroep bekeken en besproken aan de hand van de verzamelde teksten van Lenin. Die voorbereiding werd dan gebruikt voor de eigenlijke vertoning, die een enorm succes was. De vele aanwezigen waren tevreden want men vond dat men iets had bijgeleerd.[21]

Het VK stond zoals hierboven al aangeduid onder de leiding van Amada. Deze partij gaf volgens het VK perspectief aan de strijd van de vrouwen door het formuleren van concrete ordewoorden en voorstellen en door het geven van een juiste politieke leiding. Anderzijds zag Amada het belang van de vrouwen in de strijd. Zij waren een belangrijke groep die haar bijdrage kon leveren in de revolutionaire strijd tegen het kapitalisme.[22] Een revolutie kon alleen slagen als de hele arbeidersklasse meewerkte. De band tussen het VK en Amada werd ook naar buiten toe duidelijk, bijvoorbeeld door een volksfeest gehouden in Deurne op 23 en 24 september 1976. Hiermee had het VK drie bedoelingen. Ten eerste wilde het VK meerwerken om van Amada een echte partij van de massa maken. Dat tijdens het feest een aantal niet-leden kwamen opdagen die kennis maakten met de partij, was al een goede stap in de richting. Bovendien werkten vele mensen samen om het feest op poten te zetten, men voelde zich één grote familie. Een tweede doelstelling was het volk kennis te laten maken met de politiek van Amada. Om dit te bereiken waren er enerzijds een aantal informatiestanden met brochures, pamfletten e.a opgezet binnen in een grote tent. Anderzijds werden in de spelkramen buiten op de wei op een meer ludieke manier de politieke ideeën verspreid. Zo kon je bijvoorbeeld in de schietkraam mikken op de tanden van het Russische staatshoofd Brezjnjev. Een derde doelstelling was tonen dat in Amada werd gewerkt en moest gewerkt worden vanuit een houding van “enthousiasme, opoffering en zin voor verantwoordelijkheid, die Amada tot een rots maakten”.[23]

 

Actie

 

Op 26 januari 1974 hield het VK haar eerste meeting, bijgewoond door meer dan 300 personen. Zoals de andere mantelorganisaties van Amada had ook het VK een eigen blad dat op 19 oktober 1974 voor het eerste verscheen onder de naam Vrouwenkomitee van Alle Macht Aan De Arbeiders, met als lijfspreuk “de vrouwen dragen de halve wereld op hun schouders” en als thema “stop het dure leven”. In dit eerste nummer, gemaakt door arbeidersvrouwen, werd van alle activiteiten en acties van het VK verslag uitgebracht. Eén welbepaalde redactie was niet voorhanden. Soms hield één iemand zich bezig met het schrijven van het blad, soms een groep van 5 mensen. Steeds werd de nadruk gelegd op het gebruik van een eenvoudige taal die iedereen kon verstaan, en op de toegankelijkheid van het blad. Deze taaltoegankelijkheid zorgde ervoor dat zelfs meer mensen het VK-blad lazen dan het blad Amada. Het doelpubliek afbakenen van het blad is moeilijk, hierover bestond ook binnen het VK zelf discussie.[24]

In de periode ’75-’76 bleken een 15-tal vrouwen regelmatig bijeen te komen in het VK. Zij hielden om de 2 weken een vergadering, waar in de eerste plaats aan vorming in het marxisme-leninisme en de politieke actualiteit werd gedaan en gesproken werd over het werken met het blad van het VK (dat volgens het VK de strijdweg wees naar de overwinning, de dictatuur van het proletariaat en het socialisme). Ten tweede bereidde deze vergadering de acties voor. Het VK zette heel wat acties op touw, zoals de bezetting van het stadhuis van Antwerpen tegen de fascistische politiek en de actie rond processen die gevoerd werden tegen dokwerkers en Amada-militanten op 13 juni 1974. Ook deed het VK mee aan de betoging tegen de levensduurte in oktober 1974 of aan de bezetting van het Belgische parlement op 16 februari 1975. De vrouwengroep voerde opnieuw acties tegen de stijging van de levensduurte in december ’75 (meeting over de levensduurte, werkloosheid en de oorlogsvoorbereidingen) en haalde zelfs Rica De Backer (CVP- mandataris) uit haar bed in maart ‘77 om de actie tegen de levensduurte kracht bij te zetten. Ook steunde het VK de betoging op het Kiel tegen de levensduurte en het Egmontplan in februari ’77, de protestactie tegen de vervalsing van de index in september ‘77 of de grote abortusbetoging in maart ’78. In die laatste actie bracht het VK samen met  GVHV een brochure uit.[25] Ten laatste was het VK bij heel wat stakingen aanwezig met solidariteitsdelegaties.[26]

Al deze acties werden uitgevoerd vanuit de overtuiging dat men als vrouwengroep ook actief kon zijn, zelfs een aantal dingen kon verwezenlijken die de mannen niet konden doen.[27] Ten tweede stonden de acties in het teken van de vereniging van een stevige revolutionaire groep arbeidersvrouwen en arbeidsters die mee deden in de klassenstrijd. Het was vanuit die optiek dat in het VK het marxisme werd bestudeerd.[28]

Ook hielp het VK mee aan de organisatie van het kamp van de Pioniers. Naast het pionierskamp organiseerde het VK een aantal (volks)feesten. In maart ’77 werd, naast het hierboven al besproken feest in Deurne, bijvoorbeeld een eerste mosselfeest gehouden, dat volledig in het teken stond van werkloosheid bij vrouwen én mannen, “want mannen en vrouwen gaan hand in hand”. Van in het begin nam het VK ook deel aan de vrouwendagen die georganiseerd werden door het Vrouwen Overlegkomitee (VOK). [29]

 

Een keerpunt?

 

Een keerpunt lag in het jaar ’78 met de studie van het boek Marxisme en de bevrijding van de vrouw en van de teksten van Clara Zetkin. Hieruit leerde het VK dat het zich moest richten naar de massa van vrouwen, dat men organen moest oprichten om de vrouwen te bereiken en te organiseren en dat de vrouwen dubbel onderdrukt werden, wat de strijd voor de vrouweneisen nog verhevigde. Een gevolg hiervan was dat het thema van het tweede mosselfeest, op 19 november 1978, “vrouwenwerkloosheid” was. Niet meer zoals in het vorige thema of in de strijd tegen het feminisme werd de nadruk gelegd op de eenheid van mannen en vrouwen, de vrouw werd nu apart genomen en was een strijddoel op zich. Dit mosselfeest (dat volgens Doumen samen met GVHV werd gehouden) was meteen het feest van 5 jaar VK en het begin van een nieuwe fase. Het VK werd vanaf dat moment immers gezien als deel van een breed democratisch front, als een massaorganisatie in opbouw die een eigen programma had bestaande uit 7 punten.[30]

In een eerste punt werd gestreden tegen vrouwenwerkloosheid, volgens het VK waren 2/3 van de stempelaars vrouwen. Men eiste een 36-urenweek met 10% nieuwe aanwervingen en zonder ritmeverhoging en verzette zich tegen parttime werk, want dit bracht alleen maar nadelen. Ook vrouwen hadden recht op voltijds werk, net zoals de mannen. Een tweede eis uit het 7-puntenplan hield verband met de verbetering van de werksituaties. Men eiste een gelijk loon, de afschaffing van het premiestelsel en de wc-controles en voldoende eet- en drinkpauzes. Ten derde eisten de vrouwen vrede voor hen en hun kinderen zodat deze in vrijheid konden opgroeien. Bovendien waren de vrouwen voorstander van steun aan de vrouwen in de Derde Wereld tegen de onderdrukking van de supermachten. Ten vierde streed het VK ook voor een betere verdeling van de huistaken, voor gratis kinderkribbes, centra voor jongeren, gratis geneeskunde, betaalbare sociale woningen, parken en speelpleinen. Een vijfde eis stond in het teken van het socialisme, dat gold als enige garantie voor “echte emancipatie van de vrouw, zowel de sterkere als de zwakke!”. Het VK streed, ten zesde, tegen de stijgende levensduurte, waarvan vrouwen steeds het eerste slachtoffer waren. Een laatste eis stelde dat abortus moest gelegaliseerd worden, dat abortusklinieken moesten worden opgericht en dat voorbehoedsmiddelen vrij te koop zouden zijn.[31]

Het mosselfeest van ‘78 was de aanzet tot hervormingsdiscussies en het uitproberen van een nieuwe vorm. Hierin ontstond ten eerste een vormingsgroep, die de nieuwe vrouwen wegwijs moest maken in het VK. Ook werd het VK opgesplitst in kleinere groepjes die 1 keer per maand samenkwamen in een algemene vergadering. De leiding van die verschillende groepen werd gevormd door een aantal vrouwen (minstens 1 à 2 intellectuelen en een aantal arbeidersvrouwen), die een cel vormden en die binnen die cel beperkte vergaderingen hielden.[32] In december 1979 werd tijdens een studiedag een evaluatie gedaan van deze reorganisatie. Er werd besloten dat het VK zich zou verbreden tot een massaorganisatie, waarvan iedereen - waarmee men waarschijnlijk elke ‘progressieve’ vrouw bedoelde - lid kon worden die het 7-puntenplan aanvaardde, en waarvan de leiding werd uitgevoerd door leden van de Partij van de Arbeid. Ook werd beslist wijkgroepen uit te bouwen rond milieu-, wijk- of bedrijfsproblemen. Ten derde werd een studiegroep opgericht waarin vrouwen werkten aan het samenstellen van dossiers over feministische problemen. Op basis van die dossiers kon het VK dan standpunten innemen rond alle feministische kwesties en konden de verschillende groepen hun werk uitdiepen en stofferen.[33] 

 

Besluit

 

Via Marc Hooghe krijgen we een algemeen beeld van de ontwikkeling van de vrouwenbeweging vanaf de jaren ’60. Hierin stelt hij dat deze vrouwenbeweging een ontwikkeling doormaakte van een autonome vrouwenbeweging naar één die vanaf de tweede helft van de jaren ’80 geïntegreerd geraakte in allerlei grotere instellingen (politieke partijen, culturele instellingen en vakbonden). De ontwikkeling van het VK komt hiermee niet overeen. Het VK was na een aantal dagen al deel van een politieke partij, m.n. Amada. Haar autonomie was van zeer korte duur. Ook de twee redenen van integratie zijn niet toepasbaar op het VK. Ten eerste integreerden de vrouwenbewegingen zich gedwongen om materieel-organisatorische redenen. Zich invoegen in grotere gehelen betekende kunnen beschikken over kantoren, lokalen, personeel, contact met de eigen achterban en toegang tot de politieke besluitvorming. Ten tweede wilden de bewegingen nauwer gaan samenwerken met het politieke systeem. De harde confrontatiestrategie werd achterwege gelaten vanaf het midden van de jaren ’80. Het VK echter had geen materiële noden, verlangde eerder ideologische steun en voegde zich bij Amada, om net die confrontatiestrategie beter te kunnen toepassen. Samenwerking met het politieke systeem was geen doel voor het VK. Als massaorganisatie van Amada stond men negatief tegenover het hele politieke bestel.[34]

Naast de hierboven beschreven verschillen bestond er ook inhoudelijk een belangrijk verschilpunt is tussen de vrouwenbewegingen van de jaren ’70 en het VK. Waar de eerste groep feministisch was en zich dus negatief opstelde tegenover de man, zag het VK het feminisme als burgerlijk en werden man en vrouw op het zelfde niveau geplaatst. Mannen en vrouwen voerden voor het VK eenzelfde strijd, terwijl de andere vrouwenbewegingen net een strijd voerde tegen de onderdrukking van de vrouw door de man.[35]

De invloed van het VK lijkt, op basis van de documenten die we bekeken, niet erg groot geweest te zijn. De vrouwen van Amada waren wel op veel plaatsen aanwezig, als steun voor stakende arbeiders of betogers, en lieten de stem van de arbeidersvrouwen horen, maar of ze iets hebben verwezenlijkt is onduidelijk. De vraag moet gesteld worden of het VK niet gewoon een ideologische school was voor arbeidersvrouwen, zodat deze hun man zouden volgen in zijn overtuiging en actie binnen Amada en hun kind naar de KJb zouden laten gaan zodat dit ook gevormd kon worden.


[1] Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004. Schriftelijk mededeling van Maggy Doumen, 19 april 2004.

[2] DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 1. Volgens deze bron hadden de dokkersvrouwen tot dan toe met een bang hard van thuis uit de staking mee beleefd. Volgens Doumen klopt dit niet helemaal. Ook voor de betoging hadden de vrouwen hun rol gespeeld, in die zin dat zij zorgde voor een vervangend inkomen in de situatie waar hun mannen in de staking geen stakingsgeld kregen. Eveneens volgens Doumen moet worden benadrukt dat in de betoging alleen de dokkersvrouwen aanwezig waren, terwijl hun mannen toekeken van op de stoep. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[3] Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[4] Volgens Doumen werd het VK samen met het stakerscomité van de dokwerkers opgericht. Schriftelijk mededeling van Maggy Doumen, 19 april 2004. DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 3. en  “ Strijdende dokwerkersvrouwen een voorbeeld voor alle arbeidersvrouwen van België”, Alle Macht Aan De Arbeiders (nr. 49 - 28 mei 1973) 6.

[5] Volgens de bron duurde dit niet lang: “Zodra de KP echter inzag, dat de dokwerkervrouwen vastberaden de strijd voortzetten, mochten ze niet meer binnen in het KP-lokaal en werden de pamfletten niet meer gestencild”. DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d, Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 1. Het in Antwerpen bestaande VK was niet het enige, maar wel het best werkende. Ook in andere dorpen, steden of streken kon met wisselend succes een VK van onderuit ontstaan. Dat VK werd mee opgestart en gecoördineerd door mensen uit het Antwerpse VK. Het succes was wisselend omdat niet altijd de juiste mensen of een doelgroep aanwezig was. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[6] DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 1. De doelgroep van het VK was nooit specifiek afbakenbaar, bepaalde groepen vrouwen waren dan weer wel en dan weer niet betrokken bij het VK. Regelmatig was er hierrond discussie, bijvoorbeeld over het feit of ook aandacht besteed moest worden aan de arbeidersvrouwen. Op een bepaald moment besliste men dat men zich zou richtten op de vrouwen van de mannen die al bij de Amada-werking betrokken waren. Deze moesten betrokken worden bij het hele gebeuren in het VK. Algemeen hing het af van de leden die het VK hadden. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[7] DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 7-8. Hierin werd het voorbeeld gegeven van een vrouwelijke rechter die straffen uitsprak tegen arbeiders, hét bewijs dat burgervrouwen mee heulden met het kapitalisme.

[8] DOCU-MARX. Doos 2895 GVHV, Groepspraktijken Geneeskunde Voor het Volk en het Vrouwenkomitee, nr. 2 Abortus, voorbehoedsmiddelen, zwangerschap, de vrouw in China, p. 27. Opgemerkt moet wel dat in hetzelfde document op p. 31 ook de progressieve burgerlijke vrouw werd opgeroepen om mee te doen in de klassenstrijd. In het eerste VK zaten, zoals de definitie stelt, ook een aantal vrouwen van kleine zelfstandigen. Die kleine zelfstandigen steunden de dokstaking door het maken en uitdelen van voedselpakketten. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[9] DOCU-MARX. Doos 2895 GVHV, Groepspraktijken Geneeskunde Voor het Volk en het Vrouwenkomitee, nr. 2 Abortus, voorbehoedsmiddelen, zwangerschap, de vrouw in China, p. 28-30.

[10] Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[11] DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 1.

[12] DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 3. Volgens Doumen deden de socialisten wel iets, zij organiseerden, in de persoon van burgemeester Craeybeckx, de politie die met geweld optrad tegen de vrouwen. De socialisten hadden de politie in hun macht. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[13] DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 3.

[14] “ Strijdende dokwerkersvrouwen, een voorbeeld voor alle arbeidersvrouwen van België”, Alle Macht Aan De Arbeiders (nr. 49 - 28 mei 1973) 6.

[15] DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 3.

[16] “ Strijdende dokwerkersvrouwen, een voorbeeld voor alle arbeidersvrouwen van België”, Alle Macht Aan De Arbeiders (nr. 49 – 28 mei 1973) 6.

[17] DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 5. Deze visie werd ook verwoord door Ludo Martens in een interview in het blad van het VK. Volgens Martens zaten de vrouwen in een slechte positie want ze waren ongeschoold, onderbetaald, hadden minder promotiekansen en waren de eerste om afgedankt te worden. Daarbij kwam dat de vrouw door al haar thuiswerk belemmerd werd om deel te nemen aan het culturele of politieke leven. Bovendien werd de vrouw politiek gediscrimineerd door bijvoorbeeld de abortuswet of de scheidingswet. Oplossingen voor deze problemen waren volgens Martens niet in het kapitalisme te zoeken. Echte oplossingen bood alleen het socialisme. “Interview met Ludo Martens over vrouwen in de partij”, Vrouwenkomitee van Alle Macht Aan De Arbeiders (nr. 21 - september 1977) 12.

[18] Waartegen de vrouwenbeweging in het algemeen ook streed met bijvoorbeeld de leuze “baas in eigen buik”. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[19] In die strijd tegen het kapitalisme spiegelde het VK zich aan de situatie in China waar de vrouw in volledige gelijkheid leefde met de man. Of volgens de VK-brochure p. 28: “De Kommunistische Partij van China heeft zich steeds om het lot van de vrouwen bekommerd en heeft alle maatregelen genomen om een werkelijke bevrijding van de vrouwen mogelijk te maken”. DOCU-MARX. Doos 2895 GVHV, Groepspraktijken Geneeskunde Voor het Volk en het Vrouwenkomitee, nr. 2 Abortus, voorbehoedsmiddelen, zwangerschap, de vrouw in China, p. 26-27 en DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 34-35.

[20] DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 4.

[21] Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[22] Hierbij verwees de bron naar een citaat van Lenin: “Het succes van de revolutie is afhankelijk van de deelname van de vrouw aan die revolutie” en naar een citaat van Mao: “De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, om het belang van de vrouw te ondersteunen”. DOCU-MARX. Doos VK, Vrouwenkomitee, De vrouwen dragen de helft van de wereld op hun schouders, p. 5.

[23] “Over de werking van het VK”, Vrouwenkomitee van Alle Macht Aan De Arbeiders (nr. 10 - september 1975) 4.

[24] Die moeilijkheid sluit aan bij wat hierboven gezegd in verband met de doelgroep van het VK. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[25] DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 2. De bezetting van het stadhuis van Antwerpen had als doel de mensen te mobiliseren rond het proces dat gevoerd werd. Het stadhuis werd het doelwit want het was het symbool van de BSP die haar politie had laten opgetreden tegen de arbeiders in de staking. De bezetting werd een succes met veel aandacht van de media. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004. Schriftelijke mededeling van Maggy Doumen, 19 april 2004.

[26] Tussen 1975 en 1980: Glaverbel-Gilly in februari ’75, solidariteit met Jan en Lieve van CV in april-mei ’75, bezetting Prestige in november-december ’75, Boel-Temse in juni ’76, FN-Herstal in september ’76, Siemens-Beaudour in november ’76, Salik in juli-agustus ’78 en GAF in maart ‘80. DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 2.

[27] Zo konden de vrouwendelegaties hele dagen rondrijden van fabriek naar fabriek. De man die moest gaan werken kon dit niet. Voor opvang van de kinderen werd steeds gezorgd. Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[28] DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 3.

[29] Ibidem.

[30] Ervoor had het VK, volgens haar eigen beschrijving, nog geen feministisch maar eerder een laag revolutionair programma. DOCU-MARX. Doos PTB/PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 4

[31] “Ons 7-puntenprogramma”, Vrouwenkomitee van Alle Macht Aan De Arbeiders (nr. 19 maart-april-mei 1977) 10-11.

[32] Volgens Doumen was deze vorm al aanwezig vanaf 1973. Er bestond in Antwerpen een cel bestaande uit 1 à 2 intellectuelen en een paar arbeidersvrouwen (met als belangrijkste Lies De Schutter) die in een beperkte vergadering een aantal activiteiten voorstelde. Die voorstellen werden dan besproken en goedgekeurd op de uitgebreide vergaderingen met de grote groep van arbeidersvrouwen. Ook de vorming werd gedaan binnen deze vergaderingen. De leuze, die volgens Doumen de democratische werkwijze duidelijk maakt, was steeds: “één voor allen, allen voor één” Interview met Maggy Doumen, 16 februari 2004.

[33] DOCU-MARX. Doos PTB PVDA s.d., Evolutie en doel van vrouwengroep Marianne, p. 4.

[34] HELLEMANS, Van ‘Mei 68’ tot ‘Hand in Hand’, 89-100.

[35] Ibidem.